Clamydolphia abortus

Het dekseizoen zit er bijna op, op een enkeling na die kiest voor latere lammeren. De meeste geiten is het al goed aan te zien en krijgen al een flinke buik. Ook klinkt er in de stal weer dat bekende ‘gekreun’ van herkauwende geiten met een in de weg zittende dikke buik. Vaak is dit een periode waarin geiten tot rust komen. Ze hoeven geen melk meer te geven en staan lekker in een warme stal. Kortom een tijd waarin we vol verwachting uitkijken naar de komst van de lammeren. Deze rust kan echter ruw verstoord worden doordat één van de geiten verwerpt.
Nu kunnen er verschillende oorzaken aan het verwerpen van lammeren ten grondslag liggen, al dan niet besmettelijk. Vaak is het een speling van de natuur, bij vruchten die niet goed gevormd zijn wil het nog wel eens gebeuren dat de geit gaat aborteren. Dit gebeurt echter in het begin van de dracht. Als het er één is van ‘al’ je geiten hoef je je in de regel
geen zorgen te maken. Zijn het er meer dan valt te denken aan een besmettelijke bacterie.
De laatste jaren wordt de bacterie Clamydolphia abortus steeds vaker aangetroffen. Deze bacterie veroorzaakt abortussen bij zoogdieren, vooral bij geiten en schapen en af en toe bij runderen. Ook mensen kunnen besmet raken met deze bacterie. Deze bacterie kan niet zelfstandig groeien, heeft daarbij levende cellen nodig. Buiten het lichaam blijft de
bacterie bij lage temperaturen enkele dagen infectieus.

Besmetting
De besmetting met Clamydolphia abortus kan plaatsvinden door direct of indirect contact. De eerste besmetting bij uw geitenstapel gebeurt meestal door de aanvoer van besmette geiten. De incubatietijd bedraagt in de regel vijf tot zes weken. De besmette geiten zijn zelf niet of slechts kort ziek. Als de besmetting heeft plaats gehad in het begin van
de dracht, kunnen er vanaf de negentigste dag van de dracht veranderingen optreden in de placenta. Dit leidt tot verzwakte of dode lammeren of veroorzaakt een abortus. Wordt een geit pas later in haar dracht besmet, in de laatste weken voor het lammeren, dan zullen de lammeren gewoon geboren worden maar blijft de infectie verborgen tot een
volgende keer dat zij weer drachtig wordt en dan alsnog aborteert.
Ook kunnen deze ‘positieve’ geiten tijdens het dekseizoen de bok besmetten.
Hij kan een ontsteking krijgen aan de testikels en bovendien kan de bacterie zich via het sperma verspreiden.
Meestal worden meerdere geiten tegelijkertijd besmet met deze bacterie.
De geiten die een besmetting oplopen bouwen echter wel een dusdanig immuunsysteem op dat het bij één keer aborteren blijft. In de jaren volgend op een besmetting krijgen alleen de geiten die voor de eerste keer lammeren en de nieuw aangekochte geiten een abortus.
Clamydolphia abortus
Ziekteverschijnselen
Een aantal dagen voor de abortus ziet men bij de geit een vieze afscheiding uit de schede. De geiten vertonen bovendien verschijnselen van koliek. Daarna worden de gemummificeerde vruchten, dode of zwakke lammeren geboren, meestal op het normale tijdstip. De geiten zijn over het algemeen niet ziek en blijven in de regel ook niet aan de nageboorte staan. Met de schede uitvloeiing komen er veel bacteriën vrij. Deze schede-uitvloeiing begint enkele dagen voor een abortus en kan aanhouden twaalf dagen na een abortus.

Diagnose
Door middel van een bloedtest (ELISA) kunnen de antistoffen worden aangetoond. Deze antistoffen worden drie weken nadat een geit verworpen heeft, aangemaakt. Dit geeft het beste resultaat tussen de drie weken en drie maanden na een abortus. Ook kunnen verworpen vruchten of de nageboorte opgestuurd worden voor onderzoek.

Preventie en bestrijding
Het lijkt logisch dat de insleep van geiten van besmette adressen vermeden moet worden. Twijfelt men over het adres van herkomst dan kunt u natuurlijk de geit vooraf laten controleren. Geen aankoop van vrouwelijke geiten is de beste maatregel maar ook een krampachtige maatregel.
Zoek echter wel een adres uit waarvan u weet dat het een betrouwbaar adres is. Eerlijkheid duurt nog altijd het langst.
Ook moet het gebruik van bokken die een besmetting hebben opgelopen vermeden worden.

Het is zeer moeilijk om van een besmetting met Clamydolphia abortus af te komen. U doet er goed aan zieke geiten apart te zetten van de gezonde. Alle nog drachtige geiten kunt u vanaf de negentigste dag van de dracht te laten behandelen met een antibiotica, nl. de oxytetracycline.
Dit helpt om het aantal abortusgevallen te verminderen en de infectiedruk te verlagen. Ook is het mogelijk de geiten te enten met een levend vaccin. Dit leidt tot een verhoogde weerstand tegen een besmetting.
Deze inenting moet plaatsvinden minstens vier weken voor de geplande dekdatum en er zal jaarlijks een herhalingsenting nodig zijn.

Belangrijk
Mensen kunnen ook besmet worden met Clamydolphia abortus. Vooral zwangere vrouwen dienen extra alert te zijn. Zij kunnen zelf de bacterie oplopen en een miskraam krijgen. Daarvoor is het zelfs nog gevaarlijk de vieze kleren te moeten wassen van iemand die in aanraking is geweest met een aborterende geit, laat staan dat zij assisteren bij een
aborterende geit.
Let altijd op uw persoonlijke hygiëne na contact met een zieke geit.
Het is altijd goed om uw voor te bereiden op een storm die hopelijk niet komt, want voorkomen blijft altijd belangrijker dan genezen!
Hennie Tuenter